Het domein werd in 1742 verworven door de familie Rotsart de Hertaing en zij zijn tot op vandaag onafgebroken eigenaar. Halfweg de 17de eeuw behoorde het toe aan Vincent Stockhove. Deze latere Brugse burgemeester en wereldreiziger was een tijdlang eigenaar van dit domein. Er stond toen waarschijnlijk een gewoon landhuis op. Geleidelijk aan is het verbouwd. In 1860 werden er o.a. 4 hoektorens aan toegevoegd om het wat imposanter te maken. Deze hebben door oorlogsschade (WO II) intussen hun dak verloren. Tegenwoordig situeert het classicistisch kasteel zich op een 30 ha groot domein. Er is ook een grote intacte ijskelder, een orangerie, een vijver en een hovenierswoning met schuur.
Op de grens tussen Brugge en Oostkamp, spiegelend in het kanaal Brugge - Gent, ligt het kasteel Kevergem. Rond 1700 werd het omschreven als "een schoon casteel ende huys van plaisance, besloten in syne poorten, wal en vyvers, boomgaarden, opgaende boomen, haeghen en beluycken".
Een beeldbepalend complex is het rijkswachtgebouw in de Kortrijksestraat. Dit gebouw stond een hele tijd leeg vooraleer de verbouwingen werden aangevat. Op deze site worden sociale woningen opgetrokken. Het rijkswachtgebouw wordt gerenoveerd en in het project geïntegreerd.
De eerste vermelding dateert van 1128, toen het kasteel belegerd werd door Willem Clito van Normandië. De troepen van Diederik van den Elzas, Willems grootste tegenstander voor de titel van graaf van Vlaanderen, hadden hier immers onderdak gezocht.
In 1999 heeft de gemeente Oostkamp de molen De Wieke aangekocht. Deze molenromp is de laatste getuige van een ooit veelvoorkomend fenomeen op onze gemeente. Op het ogenblik dat het bouwen van deze molen aan Francis Vanderhaeghen wordt vergund (1842), zijn er nog 7 andere molens in Oostkamp. Er wordt gekozen voor het type stellingmolen omdat de omgeving bebouwd is en er dus hoog genoeg moest gegaan worden om wind ‘te vangen’.
Deze indrukwekkende hoeve wordt voor het eerst vermeld in 1237 als ze geschonken wordt aan het Brugse Sint-Janshospitaal. Het was ooit de grootste omwalde hofstede van de heerlijkheid Oostkamp. Vermeldenswaard zijn de grote schuur (1721), het wagenkot (omstreeks 1880) en de restanten van een oude rosmolen.
Meer info: HKO, inventaris van Oostkampse hoeven, 2004, 50p.
Het gemeentehuis wordt door architect René Buyck opgetrokken in neo-renaissancestijl. Het wordt in 1883 plechtig ingehuldigd. Binnenin dit gebouw bevindt zich een glasraam waarop de wapenschilden te zien zijn van de 4 belangrijkste heerlijkheden van Oostkamp. In de raadzaal vinden we een portrettengalerij van de Oostkampse burgemeesters.
De oudste vermeldingen van een kerkgebouw op die plek dateren uit de 11de eeuw. Rond 1175 wordt dan de Romaanse kerk opgericht. In 1518 wordt melding gemaakt van een O.LV.-kapel aan de noordzijde.
Als in 1838 de spoorlijn Gent-Brugge wordt geopend, is er nog geen sprake van een Oostkampse stopplaats. In 1849 krijgt Oostkamp zijn ‘stilhoudingspunt’ ter hoogte van ‘den buertweg leidende van Oostcamp naar het gehucht Moerbrugge’ en dit voor 4 treinen per week.